Jobman Workwear Catalogue | NL

49 De ondoordringbaarheid van een stof wordt aangegeven in mm waterkolom (mmwc). Dit wordt gemeten door 10 cm2 stof over een buis van dezelfde afmeting te spannen. Deze buis is gevuld met water. De hoogte van de waterkolom wordt gemeten wanneer de eerste drup water door de stof dringt. Een stof wordt geclassificeerd als waterbestendig wanneer het een waterkolom van 2000 mm of meer heeft. Het ademend vermogen van een stof wordt gemeten in gram per vierkante meter in 24 uur (g/m2/24 uur of MVP). Hoe hoger de waarde, des te gemakkelijker het is voor de stof om overtollig vocht te laten verdampen. Deze twee waarden zijn beiden nodig om de eigenschappen van een kledingstuk te bepalen. Een hoge waterkolom duidt vaak op een dichtere stof en kan daardoor een minder ademend vermogen hebben. Een kleding- stuk met een goed ademend vermogen draagt comfortabeler en helpt te voorkomen dat het kledingstuk van binnen vochtig aanvoelt. Waterkolom en Ademend Vermogen Om het kledingstuk als volledig waterdicht te beschouwen, moeten de naden van het kledingstuk getapet zijn, anders zal er water door de naden binnendringen. Dit betekent dat aan de binnenkant een tape over de naden wordt geplaatst. Bij volledig waterdichte kleding zijn alle naden getapet en bij waterbestendige kleding zijn de meest kritische naden getapet. Bij een jas zijn bijvoorbeeld de naden over de schouders en de naden aan de voor- en achterzijde getapet. Deze naden hebben het hoogste risico om aan vocht te worden blootgesteld. Getapete Naden REGENKLEDING

RkJQdWJsaXNoZXIy Mjc3MDc=